Berichten

Soms is het simpel

Een jongen van 16 jaar kwam bij me met al jarenlange rugklachten. Hij had al diverse keren andere therapie gehad wat steeds tijdelijk hielp. De pijn was vooral aanwezig met zitten en de laatste tijd werd het weer erger. Als hobby sportte hij veel, zijn doel was met fitness een mooi gespierd lichaam te krijgen.

Uit onderzoek bleek dan ook dat het hem wat spierkracht betrof nergens aan ontbrak. Ook de beweeglijkheid van de rug was goed en de spierlengtes van rug- en borstspieren waren normaal. Na het onderzoek wist ik dan ook eigenlijk niet zo goed waarom deze klachten al jarenlang aanwezig waren. Er was maar één ding waar we winst uit konden halen en dat was puur de houding bij zitten. Hij zat in zijn vrije tijd erg veel achter de computer en had daarbij de typische onderuitgezakte houding van de gemiddelde puber.

Bij het aanleren van de zithouding pakte hij meteen de tips op. Hij kon de goede zithouding zonder rugleuning meteen al eindeloos volhouden (waar de meeste mensen toch echt een paar weken over doen). Met rugleuning wist hij al snel dat achterin de stoel tegen de leuning aan beter was voor de rug en bij het computeren lette hij ook op hoe hij dat deed.

De rugklachten verdwenen binnen enkele weken en na controle 3 maanden later was dat nog steeds het geval.

Zo simpel kan het dus zijn…oefentherapie: voor goede houding en beweging!

Betere kwaliteit van leven

Een vrouw van begin 50 kwam bij me met een lange voorgeschiedenis aan lichamelijke klachten. Jarenlang rugpijn, slijtage, fybromyalgie, oftewel het hele lichaam deed zeer. Ze had al diverse therapieën gevolgd om de pijn te verminderen en dat hielp dan tijdelijk, maar de laatste tijd waren de klachten weer erg toegenomen. Van de reumatoloog moest ze oefentherapie proberen.

Tijdens de intake vraag ik altijd de klacht uit, maar ook de beperkingen in het dagelijks leven. Als pijn er altijd is krijgt dat ook alle aandacht. Als je dan vraagt welke beweging doet er pijn zal het antwoord vaak erg breed zijn. Als je vraagt naar de beperkingen in het leven kom je al tot een meer duidelijk beeld. Deze mevrouw voelde zich beperkt in het doen van haar huishouden en dan met name het stofzuigen. Ze wilde ook graag kunnen wandelen met haar vriendin maar hield dat de laatste tijd niet meer vol.

Bij het vormen van de hulpvraag en het vaststellen van het behandeldoel namen we deze handelingen als leidraad. We stelden als doel dat ze een kamer per dag kon stofzuigen en dat ze een half uur kon wandelen met haar vriendin.

We begonnen de therapie met ontspannen van de rugspieren, versterken van de rompspieren en het soepeler maken van rug en heupgewrichten. Dit was belangrijk om een goede basis te krijgen voor de volgende stap: het intrainen van dagelijkse houdingen en bewegingen. Door de bukbeweging uitgebreid te oefenen op een manier die zij vol kon houden kwamen we uiteindelijk uit bij het stofzuigen. Ook voor het lopen namen we letterlijk stap voor stap door waar ze op moest letten. Door veel herhaling werden de losse handelingen uiteindelijk één geheel.

Na enkele maanden was het doel behaald. Mevrouw gaf aan dat haar kwaliteit van leven stukken beter was geworden. Ze had nog steeds pijn, maar doordat ze meer kon ervaarde ze het anders en niet meer als belemmering. Ze kon het nu weer helemaal zelf aan.

oefentherapie en depressie

Mensen met een depressie of een burn-out hebben vaak ook lichamelijke klachten. Lichaam en geest is een eenheid en deze beïnvloeden elkaar wederzijds. Als je je geestelijk niet goed voelt zeg je vaak: ik zit niet lekker in mijn vel. Je kan teveel op de schouders hebben, het hoofd laten hangen of geen stap meer kunnen verzetten. Andersom werkt het ook. Door het lichaam aan het werk te zetten recht je de rug, zet je de schouders eronder en gaat het koppie op.

Regelmatig behandel ik mensen met dit soort klachten. Ze komen voor lage rugpijn, hoofdpijn of hyperventilatie, maar de achterliggende oorzaak is bijvoorbeeld een depressie. Door met het lichaam aan de gang te gaan in de vorm van krachttraining voor buik- en rugspieren, conditietraining of ontspanningsoefeningen voelt men zich weer anders. Moe worden van inspanning is heel wat anders dan moe worden van het moe zijn.

Met de oefeningen komt er ook weer een gevoel van controle terug. Je hebt zelf invloed op hoe je je voelt en dat voelt goed. Als je eenmaal de drempel genomen hebt van het in beweging komen wordt het steeds makkelijker. Even een wandeling of een stukje fietsen geeft energie en als het regent ren je een paar keer de trap op en neer.

Door het verbeteren en intrainen van een goede houding krijg je ook een ander gevoel. Als je de rug recht en het hoofd rechtop houdt sta je toch steviger in je schoenen. Door gedragsverandering krijg je een andere houding, lichamelijk maar uiteindelijk ook geestelijk.

Dus ook met een depressie of een burn-out aan de slag bij de oefentherapeut!

verschillende zithoudingen

Als ik met mensen in mijn praktijk de zithouding doorneem train ik altijd 3 verschillende zithoudingen. We zitten namelijk niet altijd op een zelfde soort stoel en niet altijd met hetzelfde doel. Belangrijk is dat je zithoudingen kan afwisselen, omdat het lichaam lang in één houding niet prettig vindt. Over het algemeen komt het neer op het volgende:

Zitten zonder leuning: Voor als je op een kruk zit, of voor op je stoel. Zet je voeten stevig op de grond met de knieën in een hoek van ongeveer 90 graden. Zo geven je benen de meeste steun voor je rug. Strek je rug door je borstbeen te heffen vanuit de bovenrug. Je komt nu voor je gevoel een beetje schuin naar voren te zitten. Maak de nek lang om het hoofd recht te krijgen en laat de schouders ontspannen hangen. Als het goed is voel je dat je een beetje voor op je billen zit, je voelt de rugspieren werken en het voelt een beetje overdreven. Begin dit te oefenen door vaak een halve minuut rechtop te zitten. Breidt het uit naar steeds vaker en langer.

Zitten in een stoel: De billen achterin de stoel en de rug tegen de leuning aan. Zet de voeten weer stevig op de grond en maak de nek ook weer lang zodat je de strekking van de rug afmaakt. Vooral schouders en hoofd willen graag naar voren hangen, omdat daar vaak geen steun meer is. Probeer de schouders te ontspannen  en niet op te trekken. Let steeds als je gaat zitten op deze houding en betrap je jezelf op hangen dan is de correctie snel gemaakt.

 

 

 

 

 

Zitten op de bank: ’s Avonds willen we ook wel lekker op de bank hangen en dat kan natuurlijk. Zorg dat je met kussens de rug recht steunt, leg de benen lekker languit op de bank of op een poef/tafel en zorg dat je recht voor de televisie zit. Zo zit je lekker lui, maar toch met een rechte rug. Probeer op twee billen te zitten en niet schuin op een zij.

 

 

De rug wil bij zitten dus altijd recht gesteund worden: of door de rugspieren, of door een leuning of door kussens.

Succes!!! (lukt het niet kom dan even langs bij de oefentherapeut…)

goed staan, hoe moet dat?

We staan dagelijks op verschillende manieren. Je staat bijvoorbeeld te wachten, of met iemand te kletsen, sommige mensen hebben een staand beroep of wel op één plek of in beweging. Maar lopen is ook een vorm van staan, namelijk staan in voortgang.

De volgende basisprincipes komen terug in alle vormen van staan.

De voeten staan ter breedte van het bekken en wijzen recht naar voren of heel licht naar buiten: zo heb je de benen recht onder je heupgewrichten staan en is de belasting in die heupen zo goed mogelijk verdeeld. De bilspieren kunnen op deze manier optimaal steun geven.

De knieën staan ‘los’, oftewel niet helemaal doorgestrekt naar achter met net een beetje wiebelig: zo gebruik je de bovenbeenspieren om je gewicht te dragen en komt dat gewicht niet in de kniegewrichten te hangen.

De rug maak je lang door je borstbeen iets schuin naar voren en licht omhoog te heffen. Ga vooral niet met gekanteld bekken staan, zo zet je alles vast: op deze manier kan je optimaal de hele rugspier gebruiken om je rug te dragen. De zwaartekracht die altijd op het lichaam werkt wordt zo optimaal verdeeld. De buikspieren spannen vanzelf aan en geven zo ook steun.

Het hoofd maak je lang door je kruin richting plafond te duwen, de neus wijst recht naar voren: zo verdeel je de druk in nek over de hele nekspier en hangt het hoofd niet voor de nek.

Het hele lichaam leunt tegen de bal van de voet aan, dus je voelt de druk in je voeten tegen de bal van de voet en niet in de hielen: zo gebruik je het hele steunvlak waar het lichaam op rust en is het lichaam in balans.

Het intrainen van een goede houding leer je niet zo maar (zie mijn vorige verhaal), maar door dit regelmatig te oefenen bijvoorbeeld onder de douche, tijdens het tandenpoetsen of koken, wordt het je steeds meer eigen.

Lukt het niet dan op naar de oefentherapeut!

lekker aan het werk in de tuin (deel1)

De lente is begonnen en het kriebelt weer om in de tuin aan het werk te gaan. Vol enthousiasme begin je in de ochtend, maar hoe vaak gebeurt het niet dat je in de loop van de dag haast niet meer overeind kan komen door bijvoorbeeld een zere rug. Hieronder volgen wat tips en herkenbare foto’s over hoe het niet en vooral over hoe het wel handig is om te doen.

Onkruid wieden

                                        

Links zie je de bekende verkeerde houding en rechts één van de betere mogelijkheden. Probeer altijd dichtbij en recht voor je werk te blijven. Breng jezelf naar het werk toe door bijvoorbeeld te hurken of te knielen op één been. Een andere mogelijkheid is een klein krukje of opstapje gebruiken waar je op kan zitten. Verander regelmatig van houding om stijfheid te voorkomen.

Spitten

Links de overbelastende spithouding en rechts de manier waarop je beter je spieren gebruikt en de belasting dus ook meer over het hele lichaam verdeelt. Links geeft een piekbelasting op de onderste tussenwervelschijven. Rechts is een stuk moeilijker als je dat voor het eerst moet doen, maar uiteindelijk kan je het op deze manier langer volhouden. Dus knieën buigen, met een rechte rug naar voren en de kracht voor een groot deel uit de benen halen.

lekker aan het werk in de tuin (deel 2)

Schoffelen wordt meestal gedaan zoals links. De kracht komt uit de onderrug, de knieën staan strak zodat de beenspieren weinig kunnen doen. Het uiteinde van de steel wordt vastgepakt zodat de afstand tot het werk erg groot is. De betere manier is zoals de andere foto. De steel korter vast gepakt, de rug recht en de knieën lichtgebogen. Zo worden de rug en beenspieren aan het werk gezet en die kunnen heel wat hebben.

 

Onthoudt wel dat de juiste manier van werken in de tuin meer spiergebruik vraagt en dus meer kracht. Een goede houding leer je niet zo maar en vraagt veel herhaling. Een oefentherapeut kan daar goed bij helpen, zie www.vvocm.nl